Wat is de betekenis van aannemeling?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Aannemeling

m. en v. (-en), iem. die lidmaat van een kerkgenootschap wordt of pas is geworden ; — (R.-K.) kind of volwassen persoon die zijn eerste heilige communie doet.

2025-07-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

aannemeling

('a:n) m. (-en) hij die lid van een kerkgenootschap wordt of pas is geworden.

2025-07-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

aannemeling

aan'nemeling, m. (-en), iemand die lidmaat van een kerkgenootschap wordt of pas is geworden; (rk) kind of volwassen persoon die zijn eerste communie doet.

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

aannemeling

Aannemeling - m. en v. (-en), die lidmaat wordt of is geworden.

2025-07-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)