Wat is de betekenis van aaneengroeide?

2025-07-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

aaneengroeide

aaneengroeide - Werkwoord 1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aaneengroeien ♢... dat ik aaneengroeide ♢... dat jij aaneengroeide ♢... dat hij, zij, het aaneengroeide

Gerelateerde zoekopdrachten