Wat is de betekenis van aalsteek?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Aalsteek

1. m., het steken van aal met de aalschaar en vandaar : het recht om aal te steken : de aalsteek hebben, pachten, verpachten; — 2. v. (aalsteken), plaats waar men aal mag steken.

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

aalsteek

('a:l) (...steken) I. m. Eig. het steken van aal . II, Metn. 1. m. het recht daartoe. 2. v. plaats waar men aal steekt.

2025-07-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

aalsteek

aal'steek, m., 1. het recht om aal te steken: de — pachten, verpachten; 2. (aalsteken), de plaats waar men aal mag steken.

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

aalsteek

Aalsteek - m. het vangen van aal met de aalschaar; het recht om aal te steken: den aal steek hebben, pachten, verpachten; - v. (aalsteken) de plaats, waar men aal mag steken.

Gerelateerde zoekopdrachten