Wat is de betekenis van a(a)nderd?

2025-07-24
Drentsche spreekwijzen

Dr. J. Bergsma (1906)

a(a)nderd

tweede (Alg.): eerst, aandert, daart (Vries); eerst, ainjerd, daarderd (Borger). Ook ander: anderdagsaovens op den avond van den volgenden dag; op verkoopingen: eenmaol, andermaol, dardemaol.

Gerelateerde zoekopdrachten