(de; -s) GY - toestel bestaan de uit een paal met daarop een draai-kroon waaraan touwen, al dan niet met touwladdertjes aan de uiteinden, hangen om rond te zweven (ook in speeltuinen).
→ rondloop
Herkomst: in 1819 door de Zwitser Phokion Heinrich Clias (1782-1854, schrijver -in 1829- van de eerste richtlijnen voor meisjesgymnastiek) ingevoerd gymtoestel met touwladdertjes, dat zijn oorsprong waarschijnlijk dankt aan een inrichting voor het africhten van paarden, die bestond uit een ingegraven boom, waaraan touwen draaibaar bevestigd waren; hieraan liepen de paarden rond.