Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

zwachtelen

betekenis & definitie

iets met een zwachtel omwikkelen.

een lichaamsdeel, zoals een been of een enkel, met een zwachtel omwikkelen met het doel er druk op uit te oefenen of een open wond af te dekken; ambulante compressietherapie.

Voorbeelden:
De Commissaris legde het in gaas verpakte pakketje op de wond en begon de zwachtel om haar hoofd te winden [...]. Terwijl hij klaar was met zwachtelen en een manier zocht om het laatste eindje verband ergens aan vast te maken, herinnerde de Commissaris zich allerlei beelden uit de bioscoop: hoofden die, op de ogen na, altijd geheel in wit gaas gewikkeld waren – en hij had zich moeten dwingen om ook niet zo ver te gaan.
Rinus Ferdinandusse, Dovemansoren, 2001

'Ik geniet hier,' zegt hij. 'Ik word verwend. Een beetje lezen, een beetje drinken. En om het uur word ik door een paar lieftallige Indische handen opnieuw gezwachteld.'
Jan Wolkers, De kus, 1980

De jongen die in de pyjama gehuld is heeft een onderarm als Popeye waar een vuil verband lossig omheen gezwachteld zit zodat het waterige vlees er aardbeivurig tussenuit bubbelt.
Jan Wolkers, De kus, 1980

< >