zijn hoop vestigen op iemand of iets.
Voorbeelden:
Onze landgenoot had zijn boontjes te week gelegd op de legendarische Turini. Maar die werd met de helft ingekort. Omdat toeschouwers, in hun ijver voor spektakel, een al te gevaarlijke sneeuwlaag op het wegdek hadden gewerkt. Loix begon de Monte '97 overweldigend, als leider, maar het regime van de laatste twee dagen kan hij maar beter niet te lang aanhouden.
De Standaard, 1997
Allemaal de schuld van Napoleon. Want hij is de eerste geweest om in zijn bezette gebieden maisons de la culture Française op te richten om propaganda te maken voor Frankrijk en aan spionage te doen. Ja, meneer Boon-apart legt zijn boontjes te weken in de kloosters.
Hugo Claus, Het verdriet van België, 1983
Freddy Loix slaagde er gisteren niet in zijn zwarte dinsdag te laten vergeten [...]. Onze landgenoot had zijn boontjes te week gelegd op de legendarische Turini. Maar die werd met de helft ingekort. Omdat toeschouwers, in hun ijver voor spektakel, een al te gevaarlijke sneeuwlaag op het wegdek hadden gewerkt.
De Standaard, 1997
'Ik droom intussen al jaren van een tweede rusthuis, maar ik leg er mijn boontjes niet op te week. Wij investeren nu volop in betere thuisdiensten.'
http://www.nieuwsblad.be/article/detail.aspx?articleid=DMF20120829_00275969, 2012
