[b]lidwoord dat aangeeft dat het direct volgende zelfstandig naamwoord vrouwelijk is.
In het Nederlands wordt het lidwoord de zowel voor mannelijke als vrouwelijke woorden gebruikt; in andere talen hoeft dat niet het geval te zijn, vgl. Frans le (mannelijk) en la (vrouwelijk).[/b]
Voorbeelden:
Hier in Griekenland is het net omgekeerd. Dieren zijn hier vrouwelijk, zoals schepen en ook vlotten in de Angelsaksische denkwereld, waar dieren trouwens onzijdig zijn [...]. Hier zijn zelfs soorten waar alleen een vrouwelijk woord voor is, met een vrouwelijk lidwoord en persoonlijk voornaamwoord. Ik noem de eend, de vos, en vooral de beer.
NRC, 1995