hotel voor toeristen.
hotel, vaak een redelijk eenvoudig hotel, speciaal bestemd voor toeristen.
Voorbeelden:
In de motregen liep hij naar het Carmel, het bescheiden toeristenhotel op Second Street.
Leon de Winter, God’s gym, 2002
Officieel is hij gescheiden van vrouw en kind, die in Tokio verblijven; in het geheim heeft hij een knappe Koreaanse vriendin die in een karaoke-bar in een van de toeristenhotels werkt.
NRC, 1994