nevel die zich in de ochtend vormt.
nevel die zich in de ochtend vormt, veelal in de vroege morgenuren.
Ook als telbaar begrip met bijgedachte aan de afzonderlijke banken of slierten nevel.
Voorbeelden:
Ik weet niet waarom ik opeens aan een dode boom moet denken in een wei die grijs is van ochtendnevel.
Gerda van Erkel, Buiten regent het, 1985
Een ochtendnevel maakt de zonnestralen zichtbaar in een gemengd bos op de Veluwe.
https://www.nationalebeeldbank.nl/shop/products/692864-ochtendnevel, 2012
Ik keek neer op de nog slapende stad waarover de ochtendnevel een sluier legde.
Roger Pieters, Wij, heksen, 1980
De ochtendnevel heeft de straten en huizen natgemaakt, alsof het langdurig heeft geregend.
Karel Glastra van Loon, Lisa's adem, 2001