Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

hockeyvereniging

betekenis & definitie

hockeyclub.

sportvereniging waar de hockeysport beoefend wordt; ook: de gezamenlijke leden van zo'n sportvereniging.
Vaak gevolgd door de naam van de betreffende hockeyvereniging.

Voorbeelden:
De ruim 300 hockeyverenigingen in Nederland bezitten in totaal 600 kunstgrasvelden: 90 procent hiervan zijn zandvelden.
NRC, 18 mei 2002

Je vader daarentegen zit in het bestuur van je oude hockeyvereniging.
http://kanniballen.donquishoot.nl/damestest.html

Tijdens het Eerstejaars Sport Toernooi, in maart 1967 warende voorzitters van de hockeyverenigingen uit het district Oost uitgenodigd om in het restaurant van de Boerderij te praten over een eventuele toelating van de Drienerlose HC tot de KNHB.
http://www.dhcdrienerlo.nl/index.php?index=7=pakistan, 1986

Met het schaamrood om de kaken verlieten de spelers van Meppel gistermiddag het kunstgrasveld van hockeyvereniging Daring in Veendam.
Meppeler Courant, 1993

Open dag bij de hockeyvereniging. De Meppeler Hockeyvereniging organiseert morgenochtend een open dag voor alle belangstellenden. Tussen 10.00 en 12.00 uur kan kennisgemaakt worden met de hockeysport. Zo staan enkele voorbeeldtrainingen op het programma en is er voor de jeugd wat te snoepen in het clubhuis.
Meppeler Courant, 1995

< >