de schemering; de duisternis; de tijd wanneer de roofdieren op pad zijn.
Voorbeelden:
Achter de bergen in de verte kleurt de hemel lichtblauw. Het is vijf uur in de ochtend. Het uur van de wolf. Plankgas ben ik over de Autoroute du Soleil gescheurd.
Jaap Scholten, Morgenster, 2000
Op het uur van de wolf, tussen licht en donker, zijn de herinneringen het sterkst.
De Standaard, 1997