asfalt dat weinig poreus en daardoor minder waterafvoerend en minder geluidsabsorberend is, maar dat beter warmte geleidt en minder snel onderkoeld is.
Voorbeelden:
Het Vlaamse wegdek bestaat echter voor 95 procent uit gesloten asfalt dat amper water doorlaat, waardoor je bij hevige regenval een spekglad wegdek en opspattend water krijgt.
http://m.verkeerspro.nl/verkeerskunde/2011/08/19/belgen-willen-toch-snelwegverlichting-bij-felle-regen/, 2011
Zeer open asfaltbeton wordt in Nederland al meer dan twintig jaar toegepast. In 1973 werden de eerste teststroken aangelegd. Kenmerkend voor deze wegbedekking zijn de relatief grote poriën, die ontstaan doordat grof grind door het asfalt wordt gemengd. Een belangrijk voordeel van die structuur is dat water sneller kan weglopen. Bij regen is het wegoppervlak sneller droog, en dat is goed voor de verkeersveiligheid. Bijkomend voordeel is dat het verkeer op zoab minder lawaai maakt dan op gesloten asfalt.
NRC, 1995
