Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

Catalaan

betekenis & definitie

iemand uit Catalonië.

iemand die behoort tot het Catalaanse volk; iemand die afkomstig is uit Catalonië; inwoner van Catalonië.
In het meervoud ook in toepassing op het volk, en, meestal in het meervoud, ook in toepassing op vertegenwoordigers van een nationale of streekgebonden sportploeg of andere groep.

Voorbeelden:
"Er is geen Europese beschaving. Europa is een geheel van beschavingen. Men voelt zich in de eerste plaats Catalaan, Vlaming, Waal, Schot ..." Dat is dé trend van vandaag.
De Standaard, 1996

De Catalanen zijn ongelooflijk trots op hun eigen cultuur. Ze denken in de eerste plaats als "Catalaan" en dan pas als "Spanjaard". Dit sterk identiteitsgevoel is verbonden met een stukje geschiedenis, toen Spanje door de dictatuur van Franco werd geregeerd (1939-1975). Onder Franco's dictatorschap vielen meer dan 100.000 slachtoffers, die zich afzetten tegen de nationalistische repressie. Tegelijkertijd werd het Catalaans verboden. Alle scholen moesten Castilaans onderwijzen en een uiting van hun eigen cultuur werd bestraft. Na jarenlange onderdrukking is het niet verwonderlijk dat de Catalanen nu een inhaalmanoeuvre bezig zijn.
http://www.viavzw.be/static/ViaVrijwilligers/Getuigenissen/Joke%20Deraedt.htm, oktober 2001

Barcelona moet het zaterdag tegen de koploper van de Primera Division zonder middenvelder Xavi doen [...]. El Profe hoopte op tijd fit te kunnen zijn voor de thuiswedstrijd tegen Valencia. De arts die hem behandelt zegt dat dit duel net te vroeg komt voor de Catalaan.
http://www.provoetbal.com/nieuws/113329_barcelona-zaterdag-zonder-xavi-tegen-koploper-valencia, 2010

De Catalanen, bezig aan het derde seizoen in de World League, kwamen in de derde en vierde speelhelft sterk terug maar liepen zich uiteindelijk stuk op de hechte defensie van de Admirals.
NRC, 1995

< >