(v. Fr. tabour of tambour—trommel). meestal rechthoekig, in latere jaren soms ovaal gestoffeerd stoeltje zonder rug- of armleuning. op vier pootjes.
In de late 17de en 18de eeuw werd aan het hof te Versailles de naam tabouret vooral gegeven aan een laag, rijk geornamenteerd vouwstoeltje, waarop het volgens hofprotocol alleen aan zekere hooggeplaatste personen was voorbehouden te zitten in tegenwoordigheid van de korting en koningin. ‘Recevoir le tabouret' betekende in deze kringen dan ook een bijzondere onderscheiding.