Du. steengoed met zoutglazuur. dat vnl. in de periode 1500-1600 werd vervaardigd. het belangrijkste centrum in de 15de eeuw was Siegburg. waar o.a. kannen met trechtervonnige hals werden vervaardigd (jakobakannetjes en Schnellen, met lichtgrijze tot witte scherf); andere centra waren Keulen en het nabijgelegen Frechen (steengoed met grijze scherf en gelig of bruin zoutglazuur). De produkten van beide steden verschillen niet veel en omvatten o.a.
Schnellen, baardmankruiken, kannen en kruiken. Sedert het midden van de 16de eeuw was Raeren een belangrijk centrum voor de vervaardiging van steengoed met lichtgrijze scherf, aanvankelijk met bruin glazuur, later onverglaasd. De belangrijkste pottenbakker was hier Jan Emens Mennicken. De produktie omvatte Kurfürstenkrüge en Suzannenkrüge. In de 17de eeuw kwam de steengoedproduktie in het Westerwald op gang, nadat vele pottenbakkers uil Raeren zich hier hadden gevestigd (grijs steengoed met blauw glazuur), het Rijnlandse steengoed werd nagebootst in Frankrijk, Vlaanderen en later ook in Engeland (tigerware).
