keizerlijke porseleinmanufactuur, in 1744 op instigatie van Elisabeth, tsaritsa van Rusland, opgericht. In de begintijd experimenteerden Hunger en Vinogradoff met de formule voor de vervaardiging van pâte dure, waarna ca. 1758 onder leiding van J.G.
Millier de porseleinproduktie goed op gang kwam. Na 1762 (troonsbestijging Katharina de Grote) werd in navolging van het Franse, Duitse en Weense porselein gewerkt en uit die tijd dateren vele stukken met donkere fondkleuren, camaïeu-beschildering, rolwerk en verguldsel. Merkwaardig zijn de tegen het eind van de 18de eeuw gemaakte biscuit-beeldjes, Oostenrijkse pottenbakkers voorstellend. Merk : meestal het monogram en embleem van de regerende vorst.
