De grote encyclopedie van het antiek

Jan Durdik en anderen (1970)

Gepubliceerd op 02-12-2020

Curulische zetels

betekenis & definitie

samenvattende benaming voor stoelvormen afgeleid van de Romeinse curulis, met als algemeen kenmerk de over de breedte gekruiste X-vormige poten. Het waren ceremoniële vouwstoelen (faldistoria), uitsluitend voorbehouden aan belangrijke personages.

Uit het feit dat het samenklapbare meubelen waren laat zich afleiden dat een zekere verplaatsbaarheid met het gebruik of de gebruiker samenhing; wellicht werden zij door belangrijke heersers meegenomen op staatsiebezoeken. In enkele oude kloosters zijn nog enige zeldzame originele exemplaren bewaard gebleven. Hen unicum is de rijk bewerkte zetel van koning Dagobert (ca. 900), thans in de Bibliothèque Nationale te Parijs. Met de renaissance werd ook de Romeinse curulis herontdekt ; hiervan afgeleide vormen zijn de Italiaanse sedia Dantesca. de sedia Savonarola en de sedia Petrarea. Hen soortgelijke vorm heeft ook de Spaanse sillón de cadera, een stoel in mudéjar-stijl. Met de verbreiding van de renaissance is dit stoeltype internationaal gemeengoed geworden en in het 17de-eeuwse interieur een vertrouwde verschijning. De meeste stoelen van het curulische type, die men thans tegenkomt. zijn afkomstig uit de neo-renaissance van de tweede helft van de 19de eeuw.

< >