Het beweiden van land, dat later voor hooiwinnen bestemd is. Het v. heeft plaats in het voorjaar met jongvee of enkele dagen in Mei ook met melkvee.
Daarna wordt het perceel ontruimd en dient de verdere grasoogst voor hooiwinning omstreeks begin Juli. De bedoeling is, dat de groeiperiode wordt bekort en de oogst in een gunstige periode valt. Op droogte-gevoelig land is er enig risico aan verbonden. Het hooi is meestal iets meer stengelig, maar dikwijls is het klavergehalte hoog. Het verdient aanbeveling het hooi van voorgeweid land te ruiteren; het is vatbaar voor broei.