is een in de hoge vervening gebruikelijke benaming voor de aaneengesloten oppervlakte veen tussen een wijk en een ruggeraai. De breedte van een v. bedraagt meestal 80-85, soms 100 m.
De lengte is afhankelijk van de lengte van de veenstrook, waarvan de turf over een wijk werd afgevoerd, en loopt uiteen van 1-3 km (z. Dalplaats).