Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Trekkracht

betekenis & definitie

In het landbouwbedrijf wordt gebruik gemaakt van dierlijke en mechanische t. Als dierlijke t. dient vrijwel uitsluitend het paard.

Sporadisch wordt in het Z.O. nog wel een koe of os gebruikt.De t. van een paard kan gemeten worden met een remrosmolen of een remwagen. Plet is gebleken, dat voor het aantrekken van zware vrachten een paard gedurende korte ogenblikken tot 600 kg t. kan ontwikkelen. Over een afstand van ca 50 m kan een paard een t. van 400 kg leveren met een snelheid van 1½ -2 m per sec., hetgeen neerkomt op een arbeidsvermogen van ruim 10 pk. Voor zwaar 1-scharig ploegwerk is de benodigde t. ca 150 kg bij een snelheid van 3 km per uur, wat dus een arbeidsvermogen betekent van l2/3 pk.

Een beladen wagen van 2000 kg op ijzeren wielen waagt op een verharde weg ca 100 kg t. voor de voortbeweging. Een beladen wagen van 5000 kg op hogedrukluchtbanden vraagt in droog, geploegd land 600/700 kg trekkracht.

Een trekker heeft een motor met een bepaald vermogen. Bij de overbrenging gaat vermogen verloren en zo blijft aan de riemschijf ca 85 % en aan de trekhaak ca 75% van het motorvermogen over. Dit laatste percentage kan bij sterke slip der achterwielen veel lager worden.

< >