Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Stuwende (primaire) en verzorgende bedrijven

betekenis & definitie

zijn begrippen, welke zich hebben ontwikkeld i.v.m. de studie van de econ. structuur van de kleinste m.o.m. zelfstandige regionale econ. eenheden, van steden en dorpen dus.

Onder verzorgende bedrijven verstaat men die bedrijven ( met inbegrip van zelfstandige beroepspersonen), die in principe aan de plaatselijke markt zijn gebonden; onder stuwende of primaire bedrijven die, welke in principe niet van de plaatselijke markt afhankelijk zijn. Zo is b.v. het agrarisch bedrijf in zijn gehele omvang als een stuwende bedrijfstak te beschouwen, omdat onder de huidige omstandigheden geen enkel agrarisch product in principe aan afzet op de plaatselijke markt is gebonden. Ook industriële bedrijven, handelsbedrijven, ete., die in principe niet van de locale marktverhoudingen afhankelijk zijn, worden als stuwende bedrijven beschouwd. Tot de verzorgende beroepsbevolking behoren b.v. de bakkers, de slagers, de timmerlieden en de kruideniers, doch ook de onderwijzers, de artsen, enz.

Bij het onderzoek naar de econ. structuur van een bepaalde regionale econ. eenheid is het, evenals bij elk ander concreet, individualiserend sociaalwetenschappelijk onderzoek in de eerste plaats van belang te weten, wat de betreffende eenheid van andere, soortgelijke eenheden onderscheidt. Gezien de gebondenheid van de verzorgende bedrijven aan de locale markt en de vrij grote mate van overeenstemming, welke de behoeften van de bevolking in de verschillende delen van een land als Ned. vertonen, bestaat tussen de relatieve omvang en de samenstelling van de verzorgende beroepsbevolking in de verschillende eenheden een vrij grote overeenkomst. Dit betekent, dat de verzorgende bedrijven in de regel niet kenmerkend zijn voor de structuur van de eenheid in kwestie, zodat bij een structuuronderzoek i.h.a. de nadruk zal vallen op de stuwende bedrijven, die, zoals duidelijk is, wel van plaats tot plaats een zeer verschillend karakter kunnen vertonen.

Daar de verzorgende beroepsbevolking niet of slechts in beperkte mate in staat is om zelfstandig de plaatselijke markt te beïnvloeden, is haar omvang vrijwel geheel afhankelijk van de omvang van de stuwende bevolking en van het inkomen, dat deze per hoofd van de beroepsbevolking binnen de plaatselijke gemeenschap brengt.

Globaal gesproken kan men dus zeggen, dat de stuwende bevolking niet alleen het econ. karakter van een plaats bepaalt, doch ook de omvang van de plaatselijke beroepsbevolking en daarmede ook in belangrijke mate die van de totale plaatselijke bevolking. Vandaar dat voor een onderzoek naar de ontwikkelingsmogelijkheid van een bepaalde stad of een bepaald dorp in de eerste plaats een onderzoek naar de ontwikkelingsmogelijkheden van de stuwende bedrijven van belang is.

Men kan de begrippen stuwend en verzorgend ook op hogere econ. eenheden, b.v. bepaalde streken in hun geheel, toepassen. Over het land verspreid vindt men een groot aantal regionale centra, als Winschoten, Zwolle, enz., die een groot aantal bedrijven hebben, die hun afzet geheel of vrijwel geheel vinden in eert meer beperkt, meestal duidelijk te omgrenzen gebied in hun omgeving. Deze bedrijven kan men aanduiden als regionaal-verzorgende bedrijven voor deze gebieden. Men dient zich er natuurlijk wel van bewust te zijn, dat deze regionaal verzorgende bedrijven, gezien vanuit het oogpunt van de centrumplaats zelf, zijn te beschouwen als stuwende bedrijven.

D. H. FRANSSENS.

< >