Deze term heeft in de praktijk een specifieke betekenis gekregen (vgl. Secundair).
Men spreekt van s.z. indien een ziekte het gevolg is van het opgroeien uit besmet zaad of plantgoed. Deze term wordt vooral gebruikt i.v.m. virusziekten; men spreekt ook wel van secundaire symptomen. Planten, die aanvankelijk gezond opgroeien en pas in de loop van de groei worden geïnfecteerd noemt men primair ziek. Zo spreekt men bij de aardappel o.a. van primair en s. bladrol, enz. Secundaire vegetatie noemt men een plantengezelschap, dat zich ontwikkelt, wanneer de mens het oorspronkelijke plantendek verstoord heeft: b.v. de brandbossen, die zich kunnen vormen na vernietiging van het trop. regenwoud.