Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Praam

betekenis & definitie

(veet.) Instrument voor het veroorzaken van pijn om daarmede een soms noodzakelijke dwang op het paard uit te oefenen.

De eenvoudige methode van stevig vastpakken en knijpen in de bovenlip kan worden versterkt door het gebruik van een p. Deze bestaat uit een meestal ronde stok van ca ½ m lengte met aan het ene uiteinde 2 openingen waardoor een touwlus wordt gebracht. De lus wordt op de bovenlip geschoven en door draaien van de praamstok in de lengterichting m.o.m. vastgesnoerd. De pijn hierdoor veroorzaakt zal de aandacht van het paard afleiden. Naast deze neus-p. kent men ook nog de mond-p. of Poolse p., die berust op het toebrengen van pijn in de mond van het paard. Als eenvoudig model kan men nemen een fouragestrik, die door de mond wordt gebracht en over de nek.

Op de wang komt de ring te liggen en hierdoor brengt men het andere einde van het touw. Door trekken schuift het touw verder door de ring en snoert de mondhoeken in. Om inscheuren der mondhoeken te voorkomen is het verstandiger het touw aan te brengen onder de bovenlip. Het gebruik van de p. dient tot een minimum beperkt te worden.

< >