(België) Het L. werd opgericht bij wet van 7 Aug. 1955. De benodigde gelden worden verkregen door:
a. het Belgisch aandeel van de heffingen aan de grens in Beneluxverband;
b. de in- en uitvoervergunningsrechten i.v.m. sommige landbouwproducten;
c. een bepaald aandeel van de slachttaks;
d. subsidiën van economische aard, elk jaar door de wetgevende organen te bepalen. Deze gelden zullen aangewend worden om:
a. steun te verlenen aan sommige producten, die moeilijkheden ondervinden;
b. marktregelend op te treden voor producten, waarvoor de prijzen aan sterke seizoenschommelingen onderhevig zijn;
c. de afzet te verzekeren van producten, waarvan de binnenlandse markt verzadigd is, door in te grijpen in de verwerkingsnijverheid of in de uitvoer. Het beheer van het L. berust bij de minister van landbouw, hierin bijgestaan door een raadgevend orgaan, de Hoge Raad van het Landbouwfonds.