is een ziekte van tomaten, waarbij de wortels kurkachtig gezwollen zijn, bruin verkleuren en in de lengterichting barsten vertonen. De plant blijft meestal in groei achter.
De ziekte blijkt steeds op bepaalde percelen op te treden. Door de grond vooraf te stomen of met chloorpicrine te behandelen kan de ziekte voor enige tijd belangrijk worden teruggedrongen. De oorzaak is een combinatie van factoren, waarvan een speciaal virus de voornaamste is.