Smaak, die de melk of de daaruit bereide boter krijgt als het vee op ondoelmatige wijze met kuilvoer gevoederd wordt. Om het gebrek te voorkomen, moet men zorgen, dat er kort vóór of onder het melken geen kuilvoer in de stal aanwezig is.
De melk moet dadelijk na het melken buiten de stal worden gebracht.