Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Foeniculum vulgare MILL

betekenis & definitie

venkel. Overblijvende, soms tweejarige schermbloemige uit Kl.Az., die voor het zaad wordt geteeld, vooral in Saksen, Moravië en Roemenië.

Ze werd reeds in de oudheid door de Egyptenaren gebruikt als groente, keukenkruid en geneeskruid. De vruchten - Fructus Foeniculi - bevatten een vluchtige olie, voorn, bestaande uit anetol en fenchon, die toepassing vindt o.a. in likeuren.Cultuur:

Zaaien op humusrijke vruchtbare grond in Mei, 100 g zaad per are. rijen op 30 cm. Vorstgevoeligheid maakt de teelt in ons land bezwaarlijk. Zaaibedden goed ontwateren en dekken òf de planten vóór de winter opkuilen; oppassen voor muizenvraat. In Mrt planten op 40 X 50 cm. In Sept. het zaad in enige keren oogsten, daar de schermen ongelijk rijpen. De vruchten der middenschermen geven z.g. kamvenkel; de overige stro-venkel. Zaadopbrengst 15-20 kg per are.

Naast .F. vulgare MILL. subsp. capillaceum HOLM var. vulgare, trimvenkel, komen voor: F. vulgare MILL. subsp. capillaceum HOLM var. dulce, zoete of Roomse venkel, welke in Frankrijk geteeld wordt en het eerste jaar reeds zaad geeft; F. vulgare Min. subsp. capillaceum HOLM var. azoricum, Florentijnse- of Bologneser venkel, waarvan de bladscheden voor groente gebruikt worden; F. vulgare Mill., subsp. piperitum CONTINKO, ezelsvenkel, met scherpsmakend zaad, op Sicilië voorkomend.

Een in Japan geteelde soort met zeer klein zaad heet ook wel Japanse anijs.

< >