is de bewaarplaats van eikels gedurende de winter. Daar eikels zeer gemakkelijk broeien verdient het aanbeveling ze buiten in te kuilen (als aardappels) of in een z.g. e. te bewaren.
Een e. wordt gewoonlijk circa 50 cm diep uitgegraven op een droge beschutte plaats, liefst in een bos. Een e. heeft meestal een betonnen vloer, gaas langs de wanden (tegen muizen) en hierboven een eenvoudig schilddak zodat een volwassen persoon er rechtop in kan staan. Dak en wanden worden met een ongeveer 30 cm dikke laag van stro en plaggen afgedekt. Aan voor- en achterzijde wordt een deurtje aangebracht, zodat de hut kan doortochten. De deurtjes worden alleen bij vorst gesloten.