Bij metingen drukt men de te meten grootheid uit in veelvouden van een basisgrootheid van dezelfde soort, welke een eenheid
wordt genoemd. Men verkrijgt dus een getal, dat aangeeft hoeveel maal de eenheid op de gemeten grootheid is begrepen. Bij geschikte keuze van de eenheden kan men uit gemeten waarden weer de waarde van andere grootheden door eenvoudige wiskundige bewerkingen afleiden. Drukt men b.v. de zijden van een rechthoek uit in decameters, dan vindt men door vermenigvuldiging van lengte en breedte het oppervlak in ares. Zulke bijeenpassende eenheden vormen een eenheden-stelsel.
Daar er tussen vele grootheden een verband is ontdekt, kan men volstaan met het kiezen van een klein aantal basis-grootheden. De eenheden van de andere grootheden worden dan in deze basiseenheden uitgedrukt; zij heten afgeleide eenheden. De in de landbouwwetenschap meest voorkomende eenheden zijn de mechanische-, de warmte- en de electrische eenheden (z. tabel).
Mechanische eenheden.
In de z.g. dynamische stelsels zijn de basis-eenheden die
voor lengte, massa en tijd. De eenheden voor inhoud, kracht, arbeid enz. zijn afgeleide eenheden, welke echter soms met een afzonderlijke naam worden aangeduid. Bij het c.g.s.-stelsel zijn de basis-eenheden centimeter, gram en secunde; bij het m.k.s.- of GIORGI-stelsel meter, kilogram en secunde. De meter en de kilogram zijn vastgelegd door standaarden. De secunde hangt op bekende wijze samen met de omwentelingssnelheid van de aarde. In de steeds meer in onbruik gerakende statische stelsels zijn de basis-eenheden die van lengte, kracht en tijd.
Bij het groot, resp. klein statisch stelsel zijn dit meter, kilogramkracht, secunde, resp. centimeter, gramkracht, secunde. Een kilogramkracht is de kracht, waarmede een kilogram door de aarde wordt aangetrokken. Om verwarring te vermijden zijn de afkortingen van kilogramkracht en gramkracht, die - evenals de afkortingen van kilogram en gram - kg en g zijn, in de tabel van accenten voorzien.
Warmte-eenheden.
De basiseenheden zijn die voor temp. en warmtehoeveelheid. Als temperatuur-eenheden zijn de graad Celsius en de graad Fahrenheit in gebruik. Daar een warmtehoeveelheid een hoeveelheid energie is, kan men warmtehoeveelheden in energie-eenheden (b.v. Joule) uitdrukken. Meestal wordt echter een afzonderlijke -eenheid, b.v. de calorie of kilocalorie gebruikt.
In de Angelsaksische landen zijn naast de hier genoemde mechanische en warmte-eenheden nog andere stelsels in gebruik.
Electrische eenheden.
De voornaamste elektrische grootheden met de bijbehorende z.g. praktische eenheden zijn eveneens in de tabel opgenomen. Daar tussen ladingen en stromen onderling krachten werken, kan men de electrische eenheden uit de mechanische afleiden, hetgeen geschiedt bij het elektrostatische en het electromagnetische stelsel. Bij het praktische of GiORGi-stelsel heeft men er de voorkeur aan gegeven één electrische eenheid, b.v. die van stroomsterkte als nieuwe basis-eenheid in LC voeren. Deze eenheid is daarbij aangepast aan de bijbehorende mechanische GIORGI-(m.k.s.-) eenheden. De aldus gedefinieerde eenheden worden wel absolute eenheden genoemd, ter onderscheiding van de z.g. internationale eenheden (afgekort: I.E.), waarvan ze enkele honderdste percenten verschillen.
D. A. DE VRIES.
Warmte Eenheden
Temperatuur: graad Celsius (oC) graad Fahrenheid (oF); Omrekening: F = 1,8C + 32
Warmtehoeveelheid: calorie (cal) kilocalorie (Cal); Omrekening: 1 cal + 4,18 Joule, 1 Cal = 4180 Joule
Electrische Eenheden
lading: Eenheid: coulomb (C)
stroomsterkte: Eenheid: ampère (a); betrekkingen: 1a = 1 C/sec
potentiaal: Eenheid: volt (V); betrekkingen: 1V x 1a = 1 watt
weerstand: Eenheid: ohm (ᘯ); betrekkingen: 1ᘯ = 1V/1a
Veel gebruikte voorvoegsels, welke machten van 10 vertegenwoordigen:
Kilo (k) = duizend = 103
mega (m) = millioen = 106
giga (G) = milliard = 109
tera (T) = billioen = 1012
milli (m) = duizendste = 10-3
micro (μ) = millioenste = 10-6
naon (n) = milliardste = 10-9
pico (p) = billioenste = 10-12.
Mechanische Eenheden Eenheden-tabel
Grootheid - m.k.s. - c.g.s. - factor - groot - factor - klein - factor
lengte - meter (m) - centimeter (cm) - 0,01 - m - 1 - cm - 0,01
massa - kilogram (kg) - gram (g) - 0,001 - kg’ sec2/m - g - g’ sec2/cm - 0,1 x g
tijd - secunde (sec) - secunde (sec) - 1 - sec - 1 - sec - 1
snelheid - m/sec - cm/sec - 0.01 - m/sec - 1 - cm/sec - 0,01
versnelling - m/sec2 - cm/sec2 - 0,01 - m/sec2 - 1 - cm/sec2 - 0,01
kracht - newton=kg m/sec2 - dyne=gcm/sec2 - 0,00001 - kilogramkracht (kg’) - g - gramkracht (g1) - 0,001 x g
arbeid en arbeidsvermogen - Joule (J) Watt sec - erg - 0,0000001 - kg’ m - g - g/cm - 0,00001 x g
arbeidseffect - Watt (W) - erg/sec - 0,0000001 - kg’ m/sec - g - g cm/sec - 0.00001 X g
Toelichting: de factor geeft de verhouding tussen de eenheid en de overeenkomstige eenheid in het m.k.s.-stelsel, in formule: eenheid = overeenkomstige m.k.s.-eenheid x factor, b.v. 1 dyne = 0.00001 newton, g is hierbij de versnelling van de zwaartekracht in het m.k.s.stelsel :g = 9,81). Arbeidseffect is de hoeveelheid arbeid, welke per tijdseenheid wordt verricht. de paardekracht is eveneens een statische eenheid van arbeidseffect.