is het vermogen van een balk of pijler, om een last te dragen. In bouwconstructies gaat men hierbij tot 1/10 der breukbelasting.
Het punt, waar blijvende vormverandering optreedt (elasticiteitsgrens; ligt bij hout op ongeveer de helft van de breukbelasting. Dus van de belasting bij die elasticiteitsgrens neemt men ⅕ als toelaatbaar.