Oude, in onbruik geraakte benaming voor een deel van het in melk voorkomende eiwit. Men onderscheidde in melk de lactalbuminen en het caseïnogeen.
Uit deze laatste stof zou dan bij de lebstremming het caseïne ontstaan. De oude naam komt dus ongeveer overeen met wat tegenwoordig de in melk voorkomende caseïne genoemd wordt. Door de stremmingsenzymen ontstaat hieruit para-caseïne en deze laatstgenoemde stof vlokt uit onder invloed van in de melk aanwezige calcium-ionen.