is een door Von SEEBACH in 1830 ingevoerde bedrijfsvorm, waarbij op 70- tot 80-jarige leeftijd ½ tot ⅔ van de houtmassa wordt geveld. Hierna ontstaat een natuurlijke verjonging, die na 30 tot 40 jaar geschikt is om te worden geveld als brandhout, waarna het terrein zich opnieuw kan bezaaien.
Dit herhaalt men totdat de oude bomen, die van de betere belichting hebben geprofiteerd, als extra zwaar hout kunnen worden geveld. Als nevenoogmerk had VON SEEBACH het verhinderen van strooiselroof door een voortdurende dichte bezetting van het terrein.