Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 21-01-2021

Bestrijdingsmiddelenwet

betekenis & definitie

De wet Bestrijdingsmiddelen en Meststoffen 1947 regelt de handel in bestrijdingsmiddelen, die tegen de verwekkers van plantenziekten etc. worden toegepast. Het in de praktijk veel voorkomende bedrog bij de handel in bestrijdingsmiddelen was aanleiding voor deze wet; de behoefte werd gevoeld wettelijke maatregelen te nemen om de land- en tuinbouwers, die deze producten gebruiken, te beschermen tegen het in de handel brengen van ondeugdelijke middelen. de bonafide fabrikant geniet hierdoor ook bescherming.

De wet Bestrijdingsmiddelen wordt nader uitgewerkt in het Bestrijdingsmiddelenbesluit 1948 en de Bestrijdingsmiddelen-beschikking 1948. Volgens deze bepalingen mogen middelen, waarvan de samenslcllingalgemcen bekend is, vrij in de handel worden gebracht als zij voldoen aan de eisen, door de Directeur-Generaal van de Landbouw in een lijst gepubliceerd (zie Mededeling 110 van de Plantenziektenkundige Dienst). Middelen, waarvan de samenstelling geheim is, mogen alleen in de handel worden gebracht, wanneer een onderzoek door de Plantenzieklenkundige Dienst heeft aangetoond, dat het middel deugdelijk is en de Directeur-Generaal van de Landbouw toestemming heeft verleend. Deze toestemming moet voor de kopers o.rn. blijken uit de vermelding van een bepaald ontheflingsnummer op de verpakking.

De wet ‘Bestrijdingsmiddelen’ heeft betrekking op de volgende middelen: iedere stof of mengsel van stoffen, bestemd om te worden gebruikt bij: 1e de bestrijding van onkruiden; 2e de bestrijding van de verwekkers van plantenziekten; 3e de bestrijding en afweer van dieren, die schade kunnen aanrichten aan gewassen in land-, tuin- en bosb. en aan voortbrengselen van land- en tuinb. Niet onder de wet vallen de middelen voor huishoudelijk gebruik tegen vliegen, muggen en dgl.; ook niet middelen ter bescherming van voortbrengselen van de bosb., zoals houtconserveringsmiddelen etc.

< >