Kroeskarper - Het kroeskarpertje is in ons land een weinig belaagde vis, maar we zullen hem toch maar wat in het oog moeten houden. Hij kan namelijk onder de meest ongunstige zuurstofarme omstandigheden het leven be¬houden.
Deze vis (Latijnse naam Carassius carassius) heeft 28—35 schubben langs de zij streep en mist de voeldraden die de karper ken¬merken. De karper heeft een holle rugvin, de kroeskarper een bolle en de staartvin van de ,kroes’ is bijna recht. In ons land bereikt hij een maximum lengte van ongeveer 25 cm bij een gewicht van 1 1/2 pond. (Ik ken niemand die hem zo groot heeft gevangen: zelf maakte ik er slechts eenmaal een buit van onge¬veer een ons of drie). Ook wat zijn smaak betreft heb ik geen ervaring, maar er wordt beweerd, dat hij in zeer modderig water kan leven zon¬der een grondsmaak te krijgen, zo¬als dit bij karper wel het geval is. Men noemt hem ook wel steenkar¬per. Paaitijd mei, juni.