Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

Gepubliceerd op 08-06-2019

buis (jasje)

betekenis & definitie

buis (jasje) - Nauwsluitende, mouwloze jassen tot aan de heupen, meestal zonder kraag en met ceintuur, vooral die werden gedragen over een doublet in de 16e en 17e eeuw. Gebruik ook voor soortgelijke kledingstukken met sluitingen gemaakt van geweven of gebreide stof of leer en gedragen in de 20e eeuw als beschermende bovenkleding of om uitrusting te dragen door militair personeel.

< >