Gepubliceerd op 21-01-2020

AARDGAS

betekenis & definitie

Nadat in Nederland bescheiden hoeveelheden waren gevonden in de jaren ’50 (Coevorden 1948, De Wijk bij Meppel 1949, Staphorst 1950, Wanneperveen en Tubbergen 1951, Denekamp 1952, Naaldwijk-De Lier 1954, Rossum 1955, De Lutte 1956, Schoonebeek 1958), werd in 1960 een gigantische gasbel bij Slochteren aangeboord. Dit stimuleerde de oliemaatschappijen tot intensieve exploratie in het Noorden (Ameland 1962-’63).

Spoedig bleek de Friese bodem rijk aan aardgas, met name het N. en O. van de prov. Belangrijke vindplaatsen bleken die in het concessiegebied van NAMMobil (N.O.-Frl., midden Waddenzee); Petroland (midden-Frl.); Chevron (midden- en O.Frl., ten z. van Petrolandgebied).

Ook in het zuidoostelijk concessiegebied van de NAM (waarin o.m. Fochteloo, z.

Fochtelooër Veen) en dat van Petroland (N.W. deel van de Waddenzee) werden winbare hoeveelheden gevonden. De exploitatie van de winningsgebieden in het Waddengebied en in het Fochtelooër Veen stuitte op sterk verzet van o.m. milieubeschermingsgroepen en particulieren.

Na een weigering van de gem. Terschelling, de NAM toestemming te geven voor een proefboring in het natuurgebied „De Noordsvaarder” (1971), werd het verzet sterker.

In 1972-1973 rees in Ameland zoveel verzet tegen plannen voor winningslocaties in natuurgebieden, dat deze gemeente pas na meerdere raadsvergaderingen tot een wijziging van het bestemmingsplan (eind 1973) besloot, waarbij de winning op o.m. Het Oerd mogelijk zou worden.

Hier was een duidelijke waarschuwing van het gasbedrijf N.O.-Frl. aan vooraf gegaan dat, bij weigering van medewerking, het eiland niet zou worden aangesloten op het aardgasnet. Tegen de wijziging van het best. plan kwamen 60.000 bezwaarschriften in.

Het nieuwe bestemmingsplan is begin 1975 niet goedgekeurd door Gedeputeerde Staten.Tot in 1974 was het midden en O. van Frl. met een keten winningslocaties het belangrijkste aardgaswingebied.

Uitvoering Plannen m.b.t. aanleg van gasleidingen, stations e.d. worden door de Nederlandse Gasunie ingediend bij de Provinciale Adviescomm. voor toepassing Mijnwet 1810. De Prov. Plan. Dienst heeft het secretariaat van deze comm. en brengt, na overleg met alle belanghebbenden (gemeenten, waterschappen, ruilverkavelingen, e.d.), advies uit aan de Planologische Werkcomm. te Den Haag, ressorterend onder het Min. van Ec. Zaken. De regionale gasbedrijven hebben niet de verplichtingen tot melding bij de PPD van aanleg van transportleidingen; in de praktijk blijkt overleg echter noodzakelijk.

Bodemdaling Bij uitgebreide controle is gebleken, dat t.g.v. de aardgaswinning bodemdaling kan optreden. Over de mogelijke praktische gevolgen van deze geringe daling is nog onderzoek gaande.

Zie ook Compendium, Geologie; Gasvoorziening.

De Kooi te Sonnega, waar de eerste gasvondst in Friesland werd gedaan.