portugeesch geschiedschrijver, geb. 1496 te Viseu, gest. 20 Oct. 1570, werd om zijn verstand veeds op zijn 17e jaar door koning Emanuel tot gezelschap aan den kroonprins toegevoegd, en was pas 24 jaren toen hij, te midden der verstrooijingen van het hofleven, zijn historischen roman Cronica do emperador Clarismundo schreef. Hierop werd hem de taak opgedragen de geschiedenis der Portugezen in Indiê te schrijven.
Johan III benoemde hem totgouverneur-generaalderportugesche bezittingen op de kust van Guinea, vervolgens tot thesaurier in Indië en tot generaal agent der koloniën, en 1539 werd hij begiftigd met eene provincie in Brazilië. Behalve van zijne onder den titel van Asia Portugueza (Lissabon 1552 en v.) verschenene, en door Diego de Couto voortgezette "Geschiedenis der Portugezen in O. Indiè” (nieuwe druk 24 dln., Liss. 1778—88), is B. ook de schrijvervan de eerste portugesche spraakkunst.