Ewoud Sanders woordenboeken

Ewoud Sanders (2019)

Gepubliceerd op 11-02-2019

blikhoed

betekenis & definitie

politieagent

In 1899 voor het eerst aangetroffen, in een literaire tekst. In 1937 voor het eerst opgenomen in een Bargoense woordenlijst, De Gabbertaal van E.G. van Bolhuis. Naar het koperen stadswapen dat Amsterdamse politieagenten tussen 1846 en 1861 op hun hoed droegen. Zie verder bij koperslager.

• Wat ’n goeden vaderlijken diender; hij draagt een hoogen hoed, met een koperen stadswapen er voor, een lange kuitendekker en een sabel die kiekeboe speelt uit zijn jas… maar zoo heel goedig is hij toch ook niet, want hij rost een paar straatbengels ongenadig af, omdat zij hem ‘koperslager’ en ‘blikhoed’ schelden en zich onhebbelijk aanstellen voor de koffiehuizen in de Kalverstraat.
• ¶ Justus van Maurik, Uit het leven (1899), p. 428

koperslager