(’s-Hertogenbosch 1778-1858), rechtsgeleerde, werd president Hoge Raad der Nederlanden; minister van Staat; commandeur Orde Ned.Leeuw, ridder met de ster van de orde der Eikenkroon; publ: „Bijdragen tot de waterstaat der Nederlanden” (1819), „Vrijmoedige gedachten op het ontwerp van Burgerlijk Wetboek” (7 stukken; 1819-1820) en „Over de theorie der straffen en het bewijs der misdaden...” (1827).
Bron: W.Pr.Enc. 1907.