was jarenlang Nederlands kampioen wielrennen, zowel op de lange afstand met gangmaker, als op de sprint. Van 1909 tot en met 1912 was hij Nederlands kampioen over de lange afstand, op de sprint van 1908-1915; opnieuw kampioen in 1928; werd beschouwd als wielrenner van wereldklasse.
Bron: L de Wolff: Sportenc., 1950.