(Onstwedde 1860 - Onstwedde 1944)
Pseudoniem: Gerrit Witse. Schoolmeester in Heiligerlee en Zuidbroek, later leraar Nederlands in Veendam. Hij schreef verhalen en gedichten in het Westerwolds en het Oldambsters, voornamelijk in het Maandblad Groningen. Onder zijn pseudoniem gaf hij de dichtbundel Schoulappers (1914) uit. Bekend is zijn verhaal ‘Roege Wilt’, aanvankelijk gepubliceerd in Maandblad Groningen 1929, later in enkele andere bundels opnieuw opgenomen. Van groter belang zijn enkele historisch/filologische artikelen van hem in de Driemaandelijkse Bladen, waaronder ‘De Westerwoldsche dialecten’ (1913), ‘Uit den woordenschat van Oost-Groningen’ (1917), en in het Maandblad ‘Platduuts’ (1931-1932), ‘Veur zestig joar in Westerwolde (1932-1934), ‘Taal, dialect en volksleven’ (1936) en ‘Groningse woorden en uitdrukkingen’ (1939-1941).
Ook schreef hij het historische werkje Oldambster Woelingen. Historische herinneringen uit de jaren 1834-1835.
Lit.: H. Entjes, ‘Over de taal van Westerwolde' in: K. Heeroma (red.), Westerwolds, een verkenning (Groningen 1966).