De pelsrob of zeebeer, heeft onder zijn dekharen prachtige wolharen zitten, waarvan onze dames „sealskin” bontjassen laten maken. De ene familie pelsrob woont in de Beringzee en de andere aan de Zuidkust van Australië; familiebezoeken behoren dus wel tot de moeilijke gevallen.
In mei komt men aan land; de mannetjes voorop want zij moeten een goed plekje voor de vrouwen zoeken die hun kinderen ter wereld gaan brengen. Na een maand of vier, als het kleinste van ’t jonge volkje af is, gaan de mannetjes weer in zee, ma moet zich dan maar redden, en zij volgt in oktober, als het kroost zich kan handhaven; de box- en speelkamerperiode is dan voorbij.