De hamster hamstert kilo’s voedsel in de kamers van zijn hol; zijn wangzakken dienen als boodschappentas, waar 50 gram in kan. De hamster is 30 cm groot, heeft vele kleuren (rose, rood, geel, bruin, zwart), kan 10 jaar leven en graaft zich ’s winters diep in.
We kunnen onderscheid maken tussen de goudhamster, de trekhamster en de gewone hamster.
De goudhamster is 18 cm lang en is bontgekleurd met zwarte vlekken versierd. Deze goudhamster die de steppen waardeert, is kleiner dan de gewone hamster, de hamster die wij hier kennen — vooral in Zuid-Limburg. Deze is 10 cm groter, is ook wel bontgekleurd maar heeft een pikzwarte buik, draaft, zwemt, springt, en — hamstert! Dan is er nog de trekhamster; dit is de kleinste, 11 cm, witgrijs, alleen te vinden in subtropisch Azië, en houdt in tegenstelling tot de beide vorige, ook geen winterslaap.
Maar zorgen voor de toekomst en ingewikkelde gangen, holen en voorraadkamers bouwen, doen ze alle drie.
Niet zonder reden hebben we een werkwoord, dat hamsteren heet en betekent, een voorraadje maken. Door dit hamsteren kan de hamster de winter doorkomen zonder uit zijn warme holletje te komen.