Geb. Arnhem 8 december 1830, overl.
Arnhem 6 april 1899. Woonde en werkte in die stad. Was oorspronkelijk huisschilder; ging naar Brussel om daar hout- en marmerschilderen te leren. Leerling van het genootschap ‘Kunstoefening’ te Arnhem, in Brussel (1850-1851) leerling van de Akademie, toen 2 jaar leerling van de Akademie v. B.K. in Den Haag olv. S. van den Berg, studeerde ook aan de Rijksakademie te Amsterdam.
In 1856 dan terug te Arnhem. Schilderde veel portretten (ruim 300), landschappen, maakte interieurs met figuren, tekende en lithografeerde. Leraar aan het genootschap ‘Kunstoefening’ te Arnhem. Gaf o.m. les aan E. Hendriks en J. Hendriks.Tentoonstellingen Amsterdam, Den Haag en later ook te Arnhem 1859-1897: veel portretten; diverse landschappen, w.o. duingezicht bij Alkmaar; het Schuitengat bij Zandvoort; gezicht op de Rijn, met het eerste drijfijs; wintergezicht bij Arnhem; winter bij Wolfheze; gezicht op een beekje; visdrager uit Zandvoort; een jongetje; een steengroeve; enz.
AMSTERDAM -Rijksprentenkabinet: tekeningen, w.o. een portret. ARNHEM -Gemeentemuseum: portret van mr A. W. M. C Verhuell; interieur met dame op een sofa; diverse portretten, w.o. een zelfportret; de Rijnkade te Arnhem, DEN HAAG -Gemeentemuseum: drie portretten. MIDDELBURG Zeeuws Museum: een vioolspeler.
NIJMEGEN -Commanderie van St. Jan: kolk te Lent.
Luns; Plasschaert; Scheen 1946 en 1969; Waller.