Cornelis; geb. Monster 18 juni 1815, overl.
Den Haag 26 september 1889. Werkte van 1839 af in Den Haag, in 1877 en 1878 tijdelijk in Leiden. Op zijn 16de jaar kreeg hij reeds tekenles, daarna leerling van de Akademie v. B.K. in Den Haag o.l.v. B. J. van Hove, later raadgevingen van Sarief Bastaman Raden Saleh. Heeft hoofdzakelijk stillevens geschilderd met bloemen, vruchten en dood wild; ook aquarelleerde en etste hij.Tentoonstellingen te Amsterdam en Den Haag van 1837-1884: kinderportretje en enige mansportretten; tientallen stillevens, zowel in olie als in waterverf en 0.1. inkt; grijsaard; jonge schilder in zijn atelier; een aantal boereninterieurs.
AMSTERDAM -Rijksmuseum: portret (gouverneurs-generaal series). -Rijksprentenkabinet: zelfportret (tekening), leiden -Rijksprentenkabinet: tekeningen, w.o. de St. Jacobskerk in Den Haag en enige afbeeldingen van graf- monumenten.
Immerzeel; Scheen 1946 en 1969; Thieme-Becker; Van Hall port.; Waller; Wurzbach.