Wat is de betekenis van thuisblijft?

2024-04-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

thuisblijft

thuisblijft - Werkwoord 1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuisblijven ♢... dat jij thuisblijft\n2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuisblijven ♢... dat hij thuisblijft

Gerelateerde zoekopdrachten