Wat is de betekenis van Omtrede, omtree?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Omtrede, omtree

v. (...treden, ...treeën), (gew.) plank die ter zijde van een brughek over een sloot uitsteekt, zodat de voetgangers, zonder het hek te openen, er om heen kunnen stappen.

Gerelateerde zoekopdrachten