oerwoud
(2000+) (inf.) grote bos schaamhaar. Zie ook: bermudadriehoek*; bos*; grasveldje*; ontplofte mol*; pakje shag. • Ik heb in het ziekenhuis vrouwen met een heel oerwoud gezien. (Stine Jensen: Turkse vlinders. 2012) • Bij hippe dames uit Ruigoord groeide het ongerepte oerwoud bijna onder de broekspijpen uit... (Jeroen Guliker: Niet voor ter...