Wat is de betekenis van kladder, kladderaar?

2025-07-26
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

kladder, kladderaar

knoeier; iemand die slordig werkt. ‘Dat hoort bij de huzaren!’ riep hij gebelgd. ‘Kladder!’ ‘Mosterdjongen!’ schold Jaap weêrom. (Jacobus van Looy, Jaap, 1923)